LRV  Menproef  Midden

DRESSUUR  2008-2009

De proef is lichtelijk gewijzigd, hierna volgt de nieuwe menproef voor 2008-2009

 

TERUG  NAAR  NIEUWS

1.

A-X

X

Binnenkomen in verzamelde draf

Halt houden – groeten

2.

 

C

Voorwaarts in arbeidsdraf

Rechterhand

3.

M-X-F

Uitgestrekte draf

4.

F

Arbeidsdraf

5.

A

D

Afwenden

Volte halve baan rechts met één hand, in verzamelde draf

6.

D-G

Uitgestrekte draf

7.

G

 

G

C

Volte halve baan links met één hand, in verzamelde draf

Arbeidsdraf

Linkerhand

8.

H-X-K

K

Uitgestrekte draf

Arbeidsdraf

9.

F

B-H

Arbeidsstap

Uitgestrekte stap

10.

C

Halthouden, 5 seconden stilstaan

Voorwaarts in arbeidsdraf

11.

B

Afwenden en arbeidsstap

12.

X

Halthouden, 4 seconden stilstaan, 4 passen achterwaarts

13.

 

E

Voorwaarts in arbeidsdraf

Linkerhand

14.

A

D

Afwenden

Arbeidsstap

15.

Tussen X en G

Keertwending rechts

16.

Tussen X en D

Keertwending links

17.

X

Arbeidsdraf

18.

G

Halthouden – Groeten

19.

 

Voorwaarts in arbeidsstap

Over C-M-B-A de menbaan verlaten in vrije stap.

20.

 

Wijze van rijden en houding menner

21.

 

Impuls en zuiverheid van de gangen – oprichting van paarden/pony’s

22.

 

Optuiging en aanspanning – netheid van het span

TERUG  NAAR  NIEUWS

 

Toelichting Menproeven

 

Algemene bepalingen

 

De afmetingen van de rijbaan dienen 30 X 60 meter te zijn. De letters F, K, M en H dienen 10 meter vanuit de hoek te worden geplaatst.

 

De gangen

 

Tenzij anders wordt gevraagd, wordt met stap bedoeld de arbeidsstap en met draf de arbeidsdraf. Bij uitstrekken en verkorten van de gangen zal er in de eerste plaats op worden gelet of er duidelijk verschil wordt getoond. De overgangen zijn progressief in de klassen B en L. Het volgende wordt in de programma’s geeist:

-          rustig en vierkant stilstaan en terugzetten

-          vlotte en levendige, doch beheerste gangen, vloeiende overgangen, goed aan het bit gaan, correcte leidselvoering en houding van de menner.

 

De overgangen

 

De overgangen dienen te gebeuren als de neus van het paard bij de letter is.

 

Leidselvoering

 

Vrij, doch zodanig dat er een constante aanleuning ontstaat zonder verzet, tegen de hand, achter de loodlijn of te diep wordt. De buitenhand staat toe in de wendingen.

 

Kleding

 

Heren: kostuum of combinatie, bijpassend hoofddeksel, voorschoot of handschoenen.

Dames: correcte kleding, hoed, voorschoot en handschoenen. Daarnaast is toegestaan voor zowel dames als heren een gewoon ruitertenue met ruiterpet; hierbij is een voorschoot verplicht.

 

Optuiging en zweep

 

Harnachement moet degelijk en goed onderhouden zijn.

De zweep moet zodanig van lengte zijn dat het voorste paard vanaf de bok op de plaats waar het been van de ruiter ligt, geraakt kan worden.

 

Groeten

 

Zweep in linkerhand, met de rechterhand groeten met hoofddeksel.

Dames: zweep in linkerhand, rechterhand gestrekt naast het lichaam, neigen met hoofd.

Groet alleen aan de hoofdjury.

 

Jury

 

De jury neemt plaats op de korte zijde bij C (hoofdjury 5 meter vanaf C). Vanaf de klasse M bij voorkeur minimaal twee juryleden: hoofdjury bij C, en het andere jurylid bij B.

 

De proef

 

Uit het hoofd gereden of voorgelezen door de groom, zittend op de wagen, plaats vrij, of vanaf de zijkant.

 

 

TERUG  NAAR  NIEUWS